vrijdag 7 mei 2021

Waterstof op de Groningse manier. Nr 8

💦⚡️💚 Groene waterstof is ‘booming”. Als missing link in de energietransitie en de transitie naar een duurzame industrie. Maar hoe maken we waterstof groot op zo’n manier dat iedereen profiteert? Lees hier mijn ontdekkingstocht 👇 💚🌍 


👩‍💻 Blog 8: The Groningen Principles 📃🖍


Over een week is het zo ver. Dan presenteert het International Energy Agency een wereldwijd stappenplan naar nul emissie: ‘Net Zero in 2050: A roadmap for the global energy system’. Begin dit jaar sloot de USA zich weer aan bij The Paris Agreement. Sunita Satyapal, Director of the U.S Department of Energy’s Hydrogen and Fuel Cell Technologies Office, meldde vrij snel daarna dat de USA gaat inzetten op het opschalen van groene waterstof en het reduceren van de kosten ervan. Er gebeurt veel in de klimaat- en energiewereld! 


Internationale afspraken

Dat het hier om een internationaal speelveld gaat, is overduidelijk. Daar horen ook internationale afspraken bij. Over de kwaliteit van de waterstof. Over de manier waarop waterstof wordt geproduceerd: met fossiele of met duurzame bronnen. Over  transport, belastingen, level playing field etc. In diverse landen wordt daar hard over nagedacht. In Nederland, maar bijvoorbeeld ook bij onze buren in België. Daar onderzochten de bedrijven EME, ENGIE, Exmar, Fluxys samen met Port of Antwerp, Port of Zeebrugge en WaterstofNet of en hoe het mogelijk is om waterstof te importeren. 


Deze en andere haalbaarheidsstudies hebben vergelijkbare conclusies: een internationaal duurzaam energiesysteem kan niet zonder groene waterstof. Alleen gaan de conclusies en aanbevelingen altijd over de technische kant van waterstof. Terwijl een nieuw energiesysteem ook grote sociale, economische en ecologische gevolgen heeft. Ik vind dat we die kant veel meer moeten belichten. Hoe zorgen we op een slimme manier dat die gevolgen positief zijn? 


http://profadvanwijk.com/wp-content/uploads/2019/09/Hydrogen-the-bridge-between-Africa-and-Europe-5-9-2019.pdf
Prof Ad van Wijk schreef in 2019 al over waterstof en
economische kansen voor Noord Afrika


Welvaart en ellende

We weten in elk geval hoe het níet moet. De winning en het gebruik van bijvoorbeeld aardolie hebben ons de afgelopen decennia welvaart gebracht. Maar er is ook veel ellende door ontstaan in de wereld, bijvoorbeeld oorlogen om winningslocaties en zware milieuverontreiniging. Recent was de Nigerdelta nog in het nieuws, maar veel eerder werd al duidelijk dat de komst van de oliemaatschappijen de lokale bevolking meer kwaad dan goed heeft gebracht. Olielekkages als gevolg van kapotte pijpleidingen hebben een verwoestend effect op de omgeving. Bovendien ondermijnen ze de sociaaleconomische rechten van de bewoners van het gebied, zoals het recht op voedsel, huisvesting, werk, schoon drinkwater en gezondheidszorg. De Verenigde Naties zorgden voor internationale afspraken voor de omgeving van mijnbouwsites, maar we zijn er nog lang niet. 


Dichterbij huis, in mijn provincie Groningen, werd 60 jaar geleden aardgas gevonden. Decennialang kon iedereen in Nederland profiteren van de rijkdom en welvaart die dat aardgas met zich meebracht. Maar toen er aardbevingen ontstonden door het leegraken van de gasvelden, moest de Groningers hard knokken voor compensatiegelden om hun huizen te repareren.


Basisprincipes

Ik was er niet bij, 60 jaar geleden. Ik weet dus niet of er bij de vondst van olie en gas direct aan internationale handel en grote winsten werd gedacht. Ik weet ook niet of men destijds kon overzien wat er zou gebeuren als je geen goede afspraken maakt over bepaalde basisprincipes waaraan moet worden voldaan. Wat ik wél weet, is dat we met waterstof aan de vooravond staan van een ingrijpende internationale ontwikkeling. Daarom lijkt het mij cruciaal dat we die afspraken NU op papier zetten en dat iedereen die waterstof wil importeren of exporteren, zich eraan houdt. Nederlands Klimaatgezant Marcel Beukeboom noemde ze een soort basisprincipes vanuit Groningen: the Groningen Principles.


Waterstof en SDG’s 

Ik sprak vele partijen van beide kanten: mogelijke leveranciers, maar ook partijen die de belangen behartigen van potentiële grootschalige opweklocaties in ontwikkelingslanden. Allen erkennen en herkennen dat grootschalige productie van duurzame stroom door wind- en zonneparken nodig is en dat internationale waterstofontwikkelingen die duurzame productie gaan versnellen. Partijen aan beide kanten erkennen ook dat je via de productie van en handel in waterstof kunt bijdragen aan de Sustainable Development Goals (SDG’s) van de Verenigde Naties. Simpelweg door een fonds te vullen waar structureel lokale SDG-projecten van kunnen worden gefinancierd.


Er zijn al mooie voorbeelden van hoe dat zou kunnen. Ik sprak vele organisaties die met structureel geld een enorme bijdrage aan de SDG’s kunnen leveren. Twee mooie voorbeelden: 

  • SDG 15: Al met een paar euro inspireert en mobiliseert Justdiggit kleinschalige boeren en herders in Afrika om hun eigen land te vergroenen. Ze herstellen uitgedroogd land door gebruik te maken van erkende vergroeningstechnieken als regenwateropvang, het terugbrengen van bomen en het ontwikkelen van graszaadbanken. De projecten worden lokaal beheerd en uitgevoerd. Er is daar dus lokaal geld nodig. 
  • SDG 7: Rural Spark maakt en verkoopt Energy Kits voor gebruik over de hele wereld. Zo’n kit bestaat bijvoorbeeld uit een zonnepaneel, een accu en een kookset. Met zo’n set hoeven mensen in ontwikkelingslanden geen aggregaten meer te gebruiken. Ook is er minder hout of gas nodig om op te koken, waardoor verdere ontbossing wordt tegengaan en het de gezondheid ten goede komt. “Energie-zelfstandigheid” wordt door vele partijen gaan zien als een belangrijk element om armoede te doorbreken.

Internationale eisen en een fonds

De zonneparkontwikkelaars die ik sprak, onderkennen het belang van dit soort voorbeelden. Deze vaak grote internationale bedrijven hebben baat bij stabiele regio’s als werkomgeving. Ze willen daar graag bijdragen aan leveren, mits ze weten dat die goed terechtkomen. En daarvoor hebben we de Groningen Principles nodig. Ik doe een voorstel voor een basis voor die principes:


  • We stellen internationale ecologische en sociale eisen aan import en export van waterstof. 
  • Ontwikkelaars van wind- en zonneparken storten een deel van de winst van het betreffende wind- of zonnepark in een fonds, gedurende de looptijd van het park.
  • Dat fonds mag gebruikt worden voor projecten in de omgeving, mits deze bijdragen aan de SDG’s.


De effectiviteit van zo’n fonds valt of staat met een aantal zaken:

  • Hoe groot is de afdracht van het fonds? Echt 50% van de winst zoals ik opperde in mijn vorige blog?
  • Hoe weet je of jouw waterstof daaraan voldoet? Wie kan een Guarantee of Origin afgeven?
  • Wie kan het fonds beheren en erop toezien dat het wordt gevuld en goed wordt besteed? Daarover sprak ik met verschillende financiele experts.


Lees meer in mijn volgende blog! Wil je met me meedenken? Vul formulier in rechterbalk in 👉🏾



 




Geen opmerkingen:

Een reactie posten

Reactions? Please!